Hobart en Zuid-West kust Tasmanië - Reisverslag uit Coles Bay, Australië van Hans Hofman - WaarBenJij.nu Hobart en Zuid-West kust Tasmanië - Reisverslag uit Coles Bay, Australië van Hans Hofman - WaarBenJij.nu

Hobart en Zuid-West kust Tasmanië

Door: Hans Hofman

Blijf op de hoogte en volg Hans

06 December 2016 | Australië, Coles Bay

1 december
Na een paar nachtelijke regenbuitjes is het weer opgeklaard en het wordt zelfs een beetje Hollands warm, vochtig dus. Wel een mooi uitzicht bij je ontbijtje met mistflarden over het meer en in de heuvels aan de overkant. En een serene stilte met alleen wat gekwetter van vogeltjes. Totdat de camping eigenaar met zijn motormaaier het gras begon te maaien dan, want toen was die rust wel over. Ach ja het was toch tijd om te vertrekken.
De weg verder gevolgd richting Hobart en onderweg een ommetje gemaakt naar Mount Field National Park. Daar weer anderhalf uur gewandeld naar een tweetal watervallen, waarvan de Russell Falls de grootste is die met een hoogte van 35 meter over een aantal terrassen naar beneden komt.
Verder onderweg ook nog een forellenkwekerij bezocht en daar tot de ontdekking gekomen dat er meerdere soorten zijn. Rainbow trout, tiger trout, albino rainbow trout en brook trout. De meeste soorten zijn maar moeilijk te zien, maar de albino trout is duidelijk zichtbaar met zijn geel-oranje kleur. Lijkt eigenlijk meer op een koi karper.
Wat vooral opviel onderweg is de verandering van landschap. De Westkant bestaat voornamelijk uit natuur met bergen, bossen, ruige kusten en meren. Dit wordt voor een deel ook bepaald door het ruwe weer aan die kant. De roaring fourties hebben aan de Westkust vrij spel zonder belemmering vanaf Zuid-Amerika.
De Oostkant daarentegen heeft een veel zachter klimaat en bestaat voornamelijk uit een glooiend groen landschap met veel grasland waar schapen en koeien grazen. En ook veel fruitteelt omdat hier het zachte weer in combinatie met de nodige regen zorgt voor een ideale omgeving. Vooral appels en de hieruit geproduceerde cider zijn bekende producten uit deze regio. Maar ook veel, heerlijk zoete, aardbeien en wijndruiven.
Rond 4 uur was ik in Hobart en heb daar een camping opgezocht en weer eens wat inkopen gedaan in een grote supermarkt. Die kom je aan de Westkant namelijk niet tegen omdat daar alleen kleine plaatsjes liggen met een minimaal aantal inwoners.

2 december
De camping bleek een ongekende luxe te hebben. Maar 4 plekken en iedere plek heeft zijn eigen toilet en douche. En zelfs een eigen wastafel op nummer van je plek en nog Wifi ook. En dat alles voor $35. Dat ben ik nog niet tegengekomen.
Enige nadeel was wel dat er tot een uur of 10 s'avonds een beetje herrie was van het ernaast gelegen sportcomplex. Eerst dacht ik dat het een veiling was want zo klonk de speaker ongeveer. Net als bij het opdrijven van de prijzen. Maar s'morgens zag ik er paarden ronddraven, dus moet het een renbaan zijn.
Vanuit de camping ben ik het centrum van Hobart ingegaan in de buurt van Battary Point. Dat zijn allemaal oude havenloodsen waar ze nu grotendeels een uitgaansbuurt van hebben gemaakt. Tegenwoordig zie je dat in bijna elke havenstad. Omdat het echt oude loodsen zijn van 1800 heeft het wel een beetje extra sfeer met de houten balken binnen en veel zandsteen aan de buitenkant. Erg gezellig om rond te lopen.
Ietsje verderop kom je in een woonwijk, Battary Point, waar nog veel oude cottages staan en zo. Overal kleine voortuintjes, maar wel vol met rozen, azalia's, coniferen etc. Echt een beetje Engeland in den vreemde.
Vanuit Hobart ben ik Mount Wellington opgereden, een berg van 1200 meter waar je een fantastisch uitzicht hebt over Hobart en de verre omgeving. Onderweg kwam ik diverse sportievelingen tegen die op de fiets naar boven gingen. 1200 meter stijgen in 12 km lijkt me een stevige opgaaf en ik geloof dat ik er niet aan zou beginnen. Geen enkel vlak stuk om even bij te komen.

Na Mount Wellington, via een omweg door Huonville en door een streek met veel fruiteelt, naar Kettering gereden om daar met een veerboot over te varen naar Bruny Island. Eigenlijk zijn het 2 eilanden die door een smalle landengte, de Neck genaamd, zijn verbonden. Met een oneindige trap kun je daar naar boven zodat je er een mooi overzicht van krijgt.
Aan de Oostkant van de Neck huist een pinguïn kolonie op het strand, maar die zie je alleen bij zonsop- en ondergang. Dan gaan ze naar zee cq komen ze terug om hun jongen te voederen. Je kunt op het strand in elk geval duidelijk honderden pootafdrukken zien, maar ik ben er niet terug gegaan in de avonduren en al helemaal niet in de vroege ochtend.
Langs de kant van de weg stonden borden dat er hardlopers op de weg zouden zijn, maar dat bleek voor de volgende dag te zijn. Een Ultra Marathon van het Noordelijkste puntje naar het Zuidelijkste puntje, 64 km. En ik vond die 42 km al een eind. Blijkbaar zijn er toch enthousiastelingen die nog verder willen.
Bij Adveture Bay een camping opgezocht en voor de volgende morgen een boottocht geboekt langs de kust. Het was heerlijk weer met rond de 25 graden dus leek me dat een goed idee.

3 december
Om half 11 ingecheked voor de boottocht die om 11 uur vertrok. Helaas was de zon inmiddels verdwenen en begon de temperatuur in rap tempo te dalen. Wind uit het Zuid-Westen en dat betekent hier koud weer. Wel een mooie ruige kust met veel grotten en tunnels. Bij een ervan zit de tunnel grotendeels onder water en als er dan een golf aankomt dan wordt het water er met kracht uitgeperst waardoor het meters hoog de lucht in wordt geblazen. Een zogenaamde "blowhole".
En van een tunnel was het dak ingestort waardoor er nu alleen nog een pilaar recht overeind staat als een soort naald in zee.
Onderweg werden we vergezeld door een school dolfijnen en dat was een feest om naar te kijken. Wat zijn die beesten snel. Ik schat dat de boot zo rond de 40km/uur voer en ze gingen nog op hun gemak voorbij om voor de boeg een paar vrolijke sprongen te maken.
Helemaal aan het eind van de tocht was nog een zeerobben kolonie, maar die had ik al in ruime mate gezien in Kaikoura in Nieuw Zeeland.
En daarna het hele eind weer terug met volle wind van voren. Leek wel of we op weg waren naar de Zuidpool. Het heeft best even geduurd om weer op temperatuur te komen toen we eenmaal aan de kant waren.
Daar het campertje weer opgezocht en teruggereden naar de veerboot voor de overtocht naar het vaste land. Inmiddels was het al na vijven en dus tijd om een camping te zoeken. De eerste die ik tegenkwam was echter vol dus op zoek naar een volgend.
Daar kwam ik op een natuurcamping terecht, waar ze met behulp van vrijwilligers de boel draaiende proberen te houden. Een mooie plek midden in een bos maar wel wat primitief. Wel hadden ze een paar nieuwe toiletgebouwtjes geplaatst en naar ik later van een van de vrijwilligers begreep hebben ze die gebouwd met behulp van gevangenen om de kosten te drukken. Wel grappig eigenlijk want Tasmanië, toen nog van Diemen's Land, is ontstaan als een van de opvangplaatsen voor gevangenen die hier aan het werk werden gezet in de houtwinnig en mijnbouw. Vooral Port Arthur is hier een voorbeeld van, waarvan de resten nu een van de grote attracties is.
De vrijwilliger wist me ook te vertellen dat zowel zijn bed overgrootvader als die van zijn vrouw een aantal jaren in Port Arthur gevangen hadden gezeten. De laatste in de jeugdgevangenis want die was 7 jaar toen hij hier aankwam.
Verder heeft hij me ook uitgelegd hoe het weersysteem hier werkt. Tasmanië ligt rondom in zee en daar wordt het klimaat ook door bepaald. Komt de wind van het Zuiden, dan komt hij rechtstreeks vanaf de Zuidpool en voert dus ijskoude lucht aan. Komt de wind van het Westen dan komt hij van de roaring fouthies en voert ook koude lucht aan door het kouden zeewater.
Maar soms komt hij van het Noorden en dan wordt het vaak meer dan 30 graden omdat de lucht dan wordt aangevoerd vanaf centraal Australië en via het warme gedeelte van Victoria overwaait. Omdat de wind vaak plotseling draait kan het dus maar zo zijn dat je s'morgens in de kou zit en s'middags in je t-shirtje buiten loopt. En als de zon dan schijnt, dan ben je ook binnen een uurtje verbrand, want de ozonlaag is hier super dun.

4 december
Door Hobart en vervolgens deels langs de kust naar Port Arthur gereden,
Onderweg op de Tasman Peninsula kom je nog diverse bezienswaardigheden tegen zoals de Tasmans Arch, een natuurlijke brug aan de kust en de Eaglehwk Neck, een nauwe landengte tussen het Forrestier Peninzula en Tasman Peninsula. De laatste was een van de oorzaken waardoor Port Arthur zo ideaal was om gevangen vast te zetten. Door die landengte van nog geen 30 meter breed was het simpel om ontsnappende gevangenen tegen te houden. Dit deden ze door hier honden op een zodanige manier aan een lijn vast te binden dat ze elkaar niet konden aanvallen. Maar er kwam geen gevangene doorheen zonder verscheurd te worden. En door het water was geen optie, want dat zat volgens de bewakers vol haaien.
Eerst heb ik in Port Arthur een plekje op een camping gezocht en daarna ben ik het museum ingegaan. Of eigenlijk de overblijfselen van de gevangenis en alle gebouwen er rond omheen. Delen zi n verwoest door een aantal branden, maar men heeft een aantal huisje weer gerestaureerd. Deze gevangenis werd in 1833 opgericht en heeft tot 1877 gefunctioneerd. De meeste gebouwen zijn geplaatst door de gevangenen zelf. Er waren een aantal specialisten onder hen die goed waren in hout of steen bewerken en die werden gebruikt om de anderen op te leiden. Uiteindelijk is er zelfs een scheepswerf opgezet waar nog redelijk grote schepen zijn gebouwd. En was je onwillig dan werd je in de mijn te werk gesteld of nog minder, in een gedeelte geplaatst waar ze isoleercellen hadden. Daar hoopten ze door isolatie en een zwijgplicht en stichtelijke preken voor elkaar te krijgen dat de mannen uiteindelijk weer normaal konden functioneren.
Grappig detail is dat ze binnen dit complex een kerk hadden ingericht met een zodanige indeling dat iedere gevangene zijn eigen hokje had en alleen de dominee kon zien, niet zijn medegevangenen. Dit werd geregeld door een ingenieus systeem van deurtjes en houten schotten.
Ook was er een goed functionerend ziekenhuis en een opvang voor degenen die hun verstand verloren. Als je de verhalen hoort hoe alles functioneerde moet ik zeggen dat ze wel aan alles gedacht hadden. Het was ook de bedoeling om de gevangenen min of meer gezond te houden want dat was dan weer goed voor de productie. En uiteindelijk konden ze ook weer integreren in de normale maatschappij als vakmensen. Zo werd aangegeven dat 75 procent van de gevangenen bij het verlaten van de gevangenis kon lezen en schrijven, dus dat werd ze ook bijgebracht. Klinkt allemaal mooi, maar ik denk dat er niemand voor zijn plezier gezeten heeft.

5 december
Omdat ik nog maar een klein deel bekeken had de vorige dag ben ik weer teruggegaan naar het museum. Vooral de huizen van de commandant, de bewaking, dokter, dominee etc waren een bezoekje waard. Een aantal hadden ze weer in ere hersteld inclusief de inrichting.
Sommige van de officieren en ondersteunende functionarissen hadden ook hun gezin daar zitten. Maar die waren vaak niet beter af dan de gevangenen. Ze konden niet zonder escorte hun huis verlaten en hadden dan alleen maar elkaar om te bezoeken. Dus wel een erg beperkt leven in een overigens prachtige omgeving.

Vanuit Port Arthur ben ik naar het noorden gereden via een klein kustweggetje. Dat weggetje werd al snel een grindweg en die was in slechte staat van onderhoud vol kuilen en losse stenen. 40km hobbelen dus, maar het bespaarde me wel een omweg van nog eens 30km. Ik kwam uiteindelijk uit in Triabunna, een klein vissersplaatsje aan de Oostkust. Hier vertrekt een veerbootje naar Maria Island en dat was mijn doel voor de volgende dag. Overtocht gereserveerd en een plek gezocht op de lokale camping. In het dorp zelf was verder niet veel te beleven.
Later op de camping nog een poosje zitten praten met iemand uit Melbourne. Toen hij hoorde dat ik uit Nederland kwam begon hij een paar woorden in het Nederlands te spreken. Hij was op zijn 16e met zijn ouders geëmigreerd naar Australië en woont daar inmiddels al 50 jaar. Hij had in Strijen gewoond maar nooit de behoefte gevoeld om daar nog eens terug te keren. Eerlijk gezegd snap ik dat ook wel, want de ouderenzorg is hier stukken beter dan bij ons. Medische zorg is gratis en belasting betalen ze amper. Zeker niet over het door jezelf opgespaarde kapitaal.

6 december
Op naar Maria Island. Om 9 uur vertrok het bootje en een half uur later stond ik op het eiland. Daar zijn diverse wandeltochten uitgezet. Ik had voor mezelf 2 tochten uitgezocht waarvan de een naar Bishop and Clerk ging, een bergtop, en de ander naar de Painted Cliffs, een rotskust.
De eerste tocht was ongeveer 4 uur lopen, maar vooral de laatste 600 meter ging stijl omhoog via een, van de berg, naar beneden gerolde keien. Een behoorlijk heftige klim dus. En omdat er laaghangende bewolking was s'morgens, liep ik boven ook nog in de motregen. Jammer genoeg werd daardoor het uitzicht ook enigszins belemmerd toen ik eenmaal boven was. Maar het gaat natuurlijk ook een beetje om de prestatie.
Naar beneden was nog lastiger omdat de keien door de regen glibberig waren geworden dus al met al een lekker tochtje.
Beneden aangekomen gelijk maar doorgelopen naar de Painted Cliffs. Echt supermooi zoals de zandstenen kust hier is gevormd met kleuren van wit naar oker in een aantal lagen. Niet te beschrijven, maar gelukkig heb ik ook foto's
Uiteindelijk heb ik zo'n dikke 20km gelopen en geklauterd in vijf en een half uur en was best wel een beetje versleten.

Terug van het veerbootje het campertje weer opgezocht en verder naar het Noorden gereden naar Coles Bay op het Freycinet Peninsula.
En daar weer een camping opgezocht in Coles Bay.

  • 07 December 2016 - 09:21

    Rita:

    Weer genoten van je reisverslag

  • 07 December 2016 - 14:16

    Hilleke Hofman:

    Om een lang verhaal kort te maken. Wauw t is wel heel erg de moeite waard zeg, volgende keer ga ik mee!!! XX

  • 07 December 2016 - 22:57

    Karel En Lies:

    Hoi Hans,
    Wat een prachtige foto's weer; zeker die van Painted Cliffs; bijzondere vormen en prachtige kleuren!
    Bedankt voor het leuke verslag en een goede reis verder.
    Groetjes, Karel en Lies.

  • 09 December 2016 - 09:45

    Hans Hofman:

    Jammer maar helaas. Dit bezoek aan Tasmanië is denk ik eenmalig. Geen volgende keer dus.
    En bedankt voor de positieve reacties van mijn trouwe supporters.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Hans

Uluru, Australië

Actief sinds 13 Aug. 2010
Verslag gelezen: 365
Totaal aantal bezoekers 107137

Voorgaande reizen:

16 Augustus 2016 - 18 April 2017

Australië, Nieuw Zeeland en Tahiti

21 Oktober 2014 - 29 November 2014

Rio de Janeiro, Argentinië en Zuid Chili

21 Juni 2013 - 21 Juli 2013

Rondje Zuid-Oost Europa

31 Augustus 2012 - 01 Oktober 2012

Kaapstad, Namibië en Botswana

24 Juni 2011 - 24 Juli 2011

Rondje Spanje en Portugal

14 Augustus 2010 - 05 September 2010

Mijn eerste reis

Landen bezocht: